zaterdag 22 april 2017

Zeeleeuwen en meer



Momenteel schrijf ik dit verslag vanop één van de vele zandstranden van San Cristobal, de hoofdplaats van de Galapagos eilanden. 


Team Oceana

De Galapagos eilanden zijn een eilandengroep van Equador die op zo'n 950 km van het vasteland liggen, pal op de evenaar. De eilanden zijn uniek omdat het één van de enige plaatsen is, buiten Antarctica, waar je pinguïns in het wild vindt en nog tal van andere redenen. Deze Galapagos pinguïns zijn endemische pinguïns die zich hebben aangepast aan de warmte en het klimaat. Ook zagen we dieren die je nergens anders op aarde vindt o.a.: een speciale soort aalscholver, de zeeleguaan, de reusachtige landschildpadden, enz. Deze eiland waren een grote inspiratie voor Charles Darwin en zijn evolutietheorie. Geen wonder dat er op het eiland ook een universiteit voor biologen in spé is.

Deze week gingen we opnieuw een dag op excursie.  Het is fijn om het eiland zelf te verkennen. Er is altijd meer dan een haven en een baaitje. We zagen ondermeer de rode fregatvogels op de vulkaan, de zeeleguanen, ‘Blue Footed Boobies’ en de verschillende schildpadden. Steve had de duik van zijn leven en zag tientallen haaien waaronder de gevaarlijke ‘Hammerhead’, een school vol met Barracudas, zeeschildpadden en speelse zeeleeuwen. Doordat er hier ook niet zo heel veel mensen leven en ze niet bedreigd worden, zijn de meeste dieren hier niet bang van mensen.  Daardoor kun je ze van heel dichtbij bekijken.

Aan dieren is er geen gebrek dus maar ze zijn niet altijd even lief en braaf als ze eruit zien.  Het lijkt wel of zeeleeuwen de haven van San Cristobal hebben ingepalmd.  Voor het eerst doen we beroep op watertaxi’s om aan land te geraken.  Als we onze bijboot nemen dan palmen ze hem gewoon in.  We moeten de hekjes van onze boot goed sluiten of ze kruipen mee aan boord.  Eén keer vergaten we dit en zaten ze tot in de kuip met alle smurrie en stank erbij.  ’s Nachts komen ze op het zwemplatform slapen en snurken. Af en toe wil er dan nog eentje bij en maken ze ruzie onderling.  Een betere wekker heb je niet.  s’ Nachts liggen ze overal tot op de kade, trappen en op de bankjes langs het ponton.  We zien ze toch liever op het strand liggen.

De Galapagos eilanden zijn ook big business. Opnieuw zo’n 1.800 dollar om binnen te mogen met ons 7.  We probeerden om via een noodstop wat taksen te omzeilen maar dat is niet gelukt.  Er wordt veel gepraat over deze bestemming onder zeilers en er zijn ook veel vragen.  Wat mag en wat mag niet? Wat zal het kosten?  Veel zeilboten zien tegen de kost en rompslomp op en komen niet meer langs.  Wat 7 jaar geleden nog lukte is nu voorbij.  Als je toen je schip gewoon liet liggen en een tour deed via één van de agentschappen dan betaalde je minder dan een derde van het liggeld.  Van zodra je nu het anker gooit, dan betaal je minimum 1.500 dollar.  Neem je een noodstop dat is dat maximum 72 uur en mag je geen ander eiland per schip bezoeken.  Wij hadden “geluk” Emmanuelle moest een tand ontzenuwen dus kregen we toch 7 dagen. Als we proberen voor een ander eiland te ankeren dan riskeren we een boete.  Ze dreigen zelfs om het schip in beslag nemen als we illegaal ankeren.  Wil je meer dan één eiland bezoeken dan moet je dit minimum 2 maanden van te voren regelen en kost dit nog eens minimum 300 dollar meer, vermeerderd met de importtaks van elke eiland.  Een tip: Wil je de Galapagos eilanden bezoeken dan vlieg je beter in en boek je een tour.

Vanavond vertrekken we naar de Markiezen.  De Markiezen liggen op zo’n 3.000 mijl varen van hier.  We vermoeden dat we rond de 24 dagen onderweg zullen zijn.  Onderweg moeten we langs de doldrums (windvrije zones). We hopen dat deze niet te groot zijn.  We hebben veel diesel bij maar het is niet slim om die al in het begin van de trip te gebruiken.  Duimen alvast voor genoeg wind.  De weerkaarten zien er veelbelovend uit. We hebben genoeg fruit en groenten aan boord om het waarschijnlijk zo’n 2 weken vers te kunnen eten. De rest zullen we moeten aanvullen met blik.

We missen nog een tussenstop in dit verslag namelijk Panama.  Na de San Blas eilanden kwamen we aan in Shelter Bay Marina nabij Colon.  Daar moesten we wachten om door het Panama kanaal te geraken.  Uiteindelijk hebben we 11 dagen moeten wachten in de haven. Het probleem is dat er gids aan boord mee moet en dat er niet genoeg gidsen zijn momenteel. Het kanaal is ook big business en opnieuw erg duur.  De jachthaven heeft er natuurlijk alle belang bij dat niet iedereen in 5 dagen weg is. We betaalden apart van de ligplaatsen, jachthaven nog zo’n 1.800 dollar om er te mogen doorvaren. Het houdt Panama economisch recht.  We hadden dit natuurlijk voorzien maar eigenlijk is het wel belachelijk veel. Toen wij vertrokken hoorden we van bevriende boten dat de wachttijd tot 23 dagen op liep.  Na deze haven liggen we tot in Tahiti midden juni niet meer in een haven.  

Op 2 april mochten we dan eindelijk door het kanaal.  De gids kwam aan boord en bracht hele lange lijnen mee om aan te leggen aan de kades en super dikke fenders om geen schade aan de boot te hebben tijdens het aanmeren.  Het is allemaal niet zo moeilijk zoals je ze willen laten geloven. Je bent toch beter bij de pinken maar extra line handlers als je met 5 aan boord bent, heb je zeker niet nodig.  Ze proberen dit namelijk ook nog eens bij te verkopen. Het kan zijn dat je net zoals ons met 2 of zelfs 3 boten naast elkaar ligt en dan is vier mensen zelfs teveel. We mochten rond 18 uur door het kanaal.  We deden er ongeveer 3 uur over om door de eerste 3 sluizen tot in het Gatun meer te geraken waar we moesten overnachten.  Tijdens de eerste dag sloten de poorten van de Atlantische oceaan achter ons en tijdens de tweede dag moesten we zo’n 25 mijl varen om door de 3 laatste sluizen te geraken op weg naar de Stille Oceaan. Eindelijk het begin van deze grote oceaan. Tegen de avond ankerden we een klein haventje nabij Panama-Stad.  Daar deden we de laatste inkopen voor de overtocht naar de Galapagos eilanden.  We moesten ook zo’n 200 flessen water van 5 liter in onze boot zien te stockeren.  Drinkwater tot in de Tahiti.  De overtocht zelf van 860 NM ging zeer vlot in bijna 7 dagen en 6 nachten. Na de doortocht door het Panama kanaal een tweede belangrijk moment voor elke zeiler.  Zeilen over de evenaar.  Neptunus kwam ons dopen op de evenaar en vanaf nu zeilen we in het Zuidelijk halfrond.  Dat wil ook zeggen dat de andere sterren zien, het water in de lavabo langs een andere kant draait, ....

Ons volgend verslag zullen we schrijven vanop de Markiezen. Zoals ze hier dus zeggen: Hasta la vista!

zondag 2 april 2017

Panama oh Panama

I think being born in Panama was a blessing because Panama is a port city. It's a really - the mentality is that - I remember that of admitting things in. You know, ports, ideas come in and out all the time.

- Ruben Blades


Onze eerste stop na Colombia waren de San Blas eilanden in Panama.  Veelbesproken en absoluut de moeite waard. Blijkbaar toch op de bucket list van veel mensen.

De San Blas eilanden zijn een verzameling van eilanden aan de Caribische kant van Panama. 
In totaal zijn dat er ongeveer 250.  Als je ze allemaal wilt bezoeken ben je toch wel een tijdje bezig. Als je een nachtje op een onbewoond eilandje wil doorbrengen is dat absoluut geen probleem.  Op het kleinste eiland staan een paar palmbomen en de grotere eilanden zijn bewoond door honderden Guna Indianen. 

Eén van de onbewoode eilandjes...

De Guna's zijn toch speciaal volkje.  Klein van gestalte en absoluut gesteld op traditie.  
Wel zeer sociaal. Nog niet zo heel lang geleden waren kokosnoten het enige betaalmiddel.  Elke kokosnoot is dan ook van iemand.  Verboden om ze zomaar van de grond te rapen en te consumeren.  De dorpjes zijn zeer primitief maar dankzij zonne-energie is er toch al licht. 

In het grootste dorpje waren er enkele winkels, een schooltje, bibliotheek, een haventje en een bank.  De enige bank van alle eilanden. Wij hadden ergens gelezen dat er een bank was en hadden na de Colombiaanse peso’s nog geen gelegenheid gehad om dollars op te pikken.  We hadden verwacht dat we ze wel gingen vinden op Isla Porvenir.  
Op dit eiland moet je namelijk gaan inchecken.  Maar dat is blijkbaar tegen de logica in want de bank lag toch zo’n 30 NM zeemijl verder en was dan nog gesloten wegens festiviteiten toen we daar aankwamen.  Gelukkige hadden 5 Belgen, 1 Italiaanse en 1 Franse samen net genoeg dollars mee. 

De Guna's met hun zelfgemaakte kano's

Veel had je niet nodig en toch is het fijn om af en toe verse vis te kunnen kopen want officieel mag je zelf niet vissen.  Verder moeten ze het doen van aanvoer van kledij, … van het vasteland en Colombia.  Volgens de traditie mogen Guna’s niet met niet-Guna’s trouwen.  Daardoor lopen er wat albino’s rond op de eilanden (inteelt).  
Persoonlijk denk ik dat de “achteruitgang” niet zo heel lang meer tegen te houden is.  De jongere generatie loopt met een mobiele telefoon rond met internetverbinding.  Je ziet ook dat ze iets zwaarder en groter worden en je ziet toch ook wel een mix van gezichten.  De regels zijn wel nog streng genoeg en toch … 

De eilanden zijn absoluut prachtig.  Helder water, parelwitte stranden en rustig.  Liv en Alessandra zwommen met de dolfijntjes of beter gezegd de dolfijntjes besloten om eens van zeer dicht een kijkje te nemen toen ze zwommen. We ontmoeten er ook veel Fransen en Amerikanen en werden uitgenodigd op een Franse party.  Het is niet uitzonderlijk dat iemand zegt dat ze al een aantal jaar op San Blas rondhangen.  

Chillen en zingen op het strand.

Op Isla Porvenir kwam ons nieuw crewlid naar onze boot gezwommen.  Emmanuelle, 24, Frans net afgestudeerd en klaar om een jaartje te boot hoppen. Voertaal dus nu Frans en Engels aan boord op een bedje van Nederlands met een vleugje Italiaans.  Soms lijkt het op een aflevering van ‘Allo Allo’. We zijn dus nu compleet om de grote Oceaan over te steken.  Alessandra en Emmanuele blijven tot minimum Tahiti. Daarna zien we of ze wel.  Tegen dan zijn we alweer 4.500 zeemijl van Panama weg in rechte lijn en toch al een heel eind op weg naar Nieuw-Zeeland.  Elke dag zijn we meer overtuigd dat dit onze eindbestemming zal zijn. Nog zo’n 6.500 zeemijl van hier dus. Dit is ook de plaats waar we onze boot zullen te verkopen.  Maar dat is nog toekomst muziek.

Belangrijk moment ook aan boord.  Een verjaardag.  Liv mocht dit jaar de spits afbijten met haar 9 jaar.  We waren offline maar ze konden toch haar beide oma’s en opa’s met de satelliet telefoon bellen en we hadden een cake en een schattenjacht aan boord.  Aan aandacht en geschenkjes  ontbrak het haar zeker niet op haar verjaardag.

Liv belt naar de grootouders.

Na San Blas nog een korte stop ter hoogte van Isla Grande om te acclimatiseren voor we naar Colon en Shelter Bay Marina gaan.  Voor het eerst zitten we ook zeer dicht bij de jungle en mangroves en hoor je de apen van zeer dicht brullen. Er is een gezegde dat je op elk moment kan inchecken in Shelter Bay Marina maar dat je niet weet wanneer je zult vertrekken.  Dat heeft alles te maken met het kanaal en de beschikbaarheid van gidsen.  Steve noemt het Guantanamo Bay voor zeilers.  Al bij al is het nog zo erg niet.  Het is natuurlijk zo dat hoe lang het duurt voor je de haven uitkan, hoe meer inkomsten ze hebben.  Ze werken dan ook nauw samen met de agenten en mensen van het kanaal.  Ik hoorde al verhalen van 23 dagen wachten.   Bij ons zijn het er maar 11.   De kids hebben we een super tijd.  Er lopen weer eens veel kinderen rond van klein naar groot.  De haven heeft een echte lounge waar ze een filmpje kunnen kijken, in de airco kunnen studeren en een zwembad.  Er is ook een shuttlebus, handig als je de boot moet bevoorraden of eindelijk eens naar de kapper kan gaan of gewoon eens wilt ontsnappen uit de haven.  Je leert ook gemakkelijk mensen kennen.  Een gezamenlijke Bring-Your-Own BBQ op zondag, open mic op zaterdag, film screening op donderdag.  Het kan allemaal.  Op de bus met een Griek, Zuid-Koreaan, Amerikaan, Colombiaan of welke nationaliteit dan ook.  Fijn om te connecteren en verhalen te horen.


Bring your own breakfast... een initiatief van de kinderen.

Een tip aan iedereen die hetzelfde parcours wil afleggen.  Komt eerst naar Panama.  Neem contact op met een agent.  Het is wat duurder maar deze regelt alle papierwerk en andere rompslomp voor je.  Laat je boot meten en ga dan naar San Blas en keer dan op tijd terug om te bevoorraden.  

Vandaag vernomen dat we morgen dan toch door het kanaal mogen.  Halleluja!  


Hasta la vista!