zondag 2 april 2017

Panama oh Panama

I think being born in Panama was a blessing because Panama is a port city. It's a really - the mentality is that - I remember that of admitting things in. You know, ports, ideas come in and out all the time.

- Ruben Blades


Onze eerste stop na Colombia waren de San Blas eilanden in Panama.  Veelbesproken en absoluut de moeite waard. Blijkbaar toch op de bucket list van veel mensen.

De San Blas eilanden zijn een verzameling van eilanden aan de Caribische kant van Panama. 
In totaal zijn dat er ongeveer 250.  Als je ze allemaal wilt bezoeken ben je toch wel een tijdje bezig. Als je een nachtje op een onbewoond eilandje wil doorbrengen is dat absoluut geen probleem.  Op het kleinste eiland staan een paar palmbomen en de grotere eilanden zijn bewoond door honderden Guna Indianen. 

Eén van de onbewoode eilandjes...

De Guna's zijn toch speciaal volkje.  Klein van gestalte en absoluut gesteld op traditie.  
Wel zeer sociaal. Nog niet zo heel lang geleden waren kokosnoten het enige betaalmiddel.  Elke kokosnoot is dan ook van iemand.  Verboden om ze zomaar van de grond te rapen en te consumeren.  De dorpjes zijn zeer primitief maar dankzij zonne-energie is er toch al licht. 

In het grootste dorpje waren er enkele winkels, een schooltje, bibliotheek, een haventje en een bank.  De enige bank van alle eilanden. Wij hadden ergens gelezen dat er een bank was en hadden na de Colombiaanse peso’s nog geen gelegenheid gehad om dollars op te pikken.  We hadden verwacht dat we ze wel gingen vinden op Isla Porvenir.  
Op dit eiland moet je namelijk gaan inchecken.  Maar dat is blijkbaar tegen de logica in want de bank lag toch zo’n 30 NM zeemijl verder en was dan nog gesloten wegens festiviteiten toen we daar aankwamen.  Gelukkige hadden 5 Belgen, 1 Italiaanse en 1 Franse samen net genoeg dollars mee. 

De Guna's met hun zelfgemaakte kano's

Veel had je niet nodig en toch is het fijn om af en toe verse vis te kunnen kopen want officieel mag je zelf niet vissen.  Verder moeten ze het doen van aanvoer van kledij, … van het vasteland en Colombia.  Volgens de traditie mogen Guna’s niet met niet-Guna’s trouwen.  Daardoor lopen er wat albino’s rond op de eilanden (inteelt).  
Persoonlijk denk ik dat de “achteruitgang” niet zo heel lang meer tegen te houden is.  De jongere generatie loopt met een mobiele telefoon rond met internetverbinding.  Je ziet ook dat ze iets zwaarder en groter worden en je ziet toch ook wel een mix van gezichten.  De regels zijn wel nog streng genoeg en toch … 

De eilanden zijn absoluut prachtig.  Helder water, parelwitte stranden en rustig.  Liv en Alessandra zwommen met de dolfijntjes of beter gezegd de dolfijntjes besloten om eens van zeer dicht een kijkje te nemen toen ze zwommen. We ontmoeten er ook veel Fransen en Amerikanen en werden uitgenodigd op een Franse party.  Het is niet uitzonderlijk dat iemand zegt dat ze al een aantal jaar op San Blas rondhangen.  

Chillen en zingen op het strand.

Op Isla Porvenir kwam ons nieuw crewlid naar onze boot gezwommen.  Emmanuelle, 24, Frans net afgestudeerd en klaar om een jaartje te boot hoppen. Voertaal dus nu Frans en Engels aan boord op een bedje van Nederlands met een vleugje Italiaans.  Soms lijkt het op een aflevering van ‘Allo Allo’. We zijn dus nu compleet om de grote Oceaan over te steken.  Alessandra en Emmanuele blijven tot minimum Tahiti. Daarna zien we of ze wel.  Tegen dan zijn we alweer 4.500 zeemijl van Panama weg in rechte lijn en toch al een heel eind op weg naar Nieuw-Zeeland.  Elke dag zijn we meer overtuigd dat dit onze eindbestemming zal zijn. Nog zo’n 6.500 zeemijl van hier dus. Dit is ook de plaats waar we onze boot zullen te verkopen.  Maar dat is nog toekomst muziek.

Belangrijk moment ook aan boord.  Een verjaardag.  Liv mocht dit jaar de spits afbijten met haar 9 jaar.  We waren offline maar ze konden toch haar beide oma’s en opa’s met de satelliet telefoon bellen en we hadden een cake en een schattenjacht aan boord.  Aan aandacht en geschenkjes  ontbrak het haar zeker niet op haar verjaardag.

Liv belt naar de grootouders.

Na San Blas nog een korte stop ter hoogte van Isla Grande om te acclimatiseren voor we naar Colon en Shelter Bay Marina gaan.  Voor het eerst zitten we ook zeer dicht bij de jungle en mangroves en hoor je de apen van zeer dicht brullen. Er is een gezegde dat je op elk moment kan inchecken in Shelter Bay Marina maar dat je niet weet wanneer je zult vertrekken.  Dat heeft alles te maken met het kanaal en de beschikbaarheid van gidsen.  Steve noemt het Guantanamo Bay voor zeilers.  Al bij al is het nog zo erg niet.  Het is natuurlijk zo dat hoe lang het duurt voor je de haven uitkan, hoe meer inkomsten ze hebben.  Ze werken dan ook nauw samen met de agenten en mensen van het kanaal.  Ik hoorde al verhalen van 23 dagen wachten.   Bij ons zijn het er maar 11.   De kids hebben we een super tijd.  Er lopen weer eens veel kinderen rond van klein naar groot.  De haven heeft een echte lounge waar ze een filmpje kunnen kijken, in de airco kunnen studeren en een zwembad.  Er is ook een shuttlebus, handig als je de boot moet bevoorraden of eindelijk eens naar de kapper kan gaan of gewoon eens wilt ontsnappen uit de haven.  Je leert ook gemakkelijk mensen kennen.  Een gezamenlijke Bring-Your-Own BBQ op zondag, open mic op zaterdag, film screening op donderdag.  Het kan allemaal.  Op de bus met een Griek, Zuid-Koreaan, Amerikaan, Colombiaan of welke nationaliteit dan ook.  Fijn om te connecteren en verhalen te horen.


Bring your own breakfast... een initiatief van de kinderen.

Een tip aan iedereen die hetzelfde parcours wil afleggen.  Komt eerst naar Panama.  Neem contact op met een agent.  Het is wat duurder maar deze regelt alle papierwerk en andere rompslomp voor je.  Laat je boot meten en ga dan naar San Blas en keer dan op tijd terug om te bevoorraden.  

Vandaag vernomen dat we morgen dan toch door het kanaal mogen.  Halleluja!  


Hasta la vista!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten